In de koolmijn
Om zes uur in de morgen trekt hij reeds naar de mijn
De zon lijkt nog wat slaperig te zijn
Maar wat kan het hem schelen of ze boos is of lacht
Voor hem is 't daar beneden altijd nacht
In de koolmijn in de koolmijn
Waar hij nooit eens op wat anders tellen mag
In de koolmijn in de koolmijn
Is het altijd even duister iedere dag
Om zes uur elke avond is hij weer op de straat
Met gedachten net zo zwart als z'n gelaat
Te moe om na z'n werk nog ergens heen te gaan
En morgen moet hij weer vroeg op de baan
Naar de koolmijn naar de koolmijn
Waar hij nooit eens op wat anders tellen mag
In de koolmijn in de koolmijn
Is het altijd even duister iedere dag
Op zondag telt hij al het geld dat hij heeft gespaart
Gelukkig dat hij alles heeft bewaard
Voor 't meisje lief dat in z'n zonnig land op hem wacht
Haar beeld alleen maakt hem het leven zacht
In de koolmijn in de koolmijn
In de koolmijn in de koolmijn
In de koolmijn in de koolmijn
In de koolmijn in de koolmijn
In de koolmijn in de koolmijn