De zee
Zomer aan zee
En j lippen zijn zout
Die me vertellen dat jij van me houdt
De zee fluistert mee
Luistert naar het geruis
Moe van het zwemmen
'S avonds naar huis
Zomer aan zee
En je lippen zijn zout
Liefde is jong en als de zee eeuwenoud
Haar haar dat van zij is en zij die van mij is
En ik ik die van haar ben en alleen haar ken
Haar haar dat van zij is en zij die van mij is
En ik ik die van haar ben en alleen haar ken
Storm aan zee
Onze liefde is sterk
Door niets bedreigd als een gotische kerk
Omspoeld door de zee als de mont stmichel
Onder een donkere hemel van brel
Storm aan zee onze liefde is sterk
De kathedraal staat hoog op haar berg
Haar haar dat van zij is en zij die van mij is
En ik ik die van haar ben en alleen haar ken
Haar haar dat van zij is en zij die van mij is
En ik ik die van haar ben en alleen haar ken
Winter aan zee
In de sneeuw en de mist
Geef ik je eindelijk op als vermist
'K zal blijven staan tot het water heel hoog is
En kijken en wachten tot de zee opgedroogd is
Winter aan zee de sneeuw en de mist
Hebben tenslotte elk spoor uitgewist
Haar haar dat van zij is en zij die van mij is
En ik ik die van haar ben en alleen haar ken
Haar haar dat van zij is en zij die van mij is
En ik ik die van haar ben en alleen haar ken