Portugallig
We moesten op vakantie van jouw vader
We konden niet meer kijken slechts nog staren
Een schim van de persoon die we ooit waren
in de bus naar Portugal
Op internet leek het best pittoresk
Maar de wind huilde de straten leeg, niemand op het bordes
En ruzie over de bedbank en hoe je dat verrekte ding dan uitklapt
Als ik vanavond kan slapen
Kan ik je morgen denk ik wel weer aan
Laat me vanavond eerst slapen
Dan wil ik misschien morgen niet meer gaan
Hij wil steeds weer uiteten, weer wat kiezen
Weer een ijsje, weer een biertje
Een pleziertje, een vertiertje
’T is vakantie ’T kan niet op
Dus potjes pesten, plastic stoelen
Pootje baden, niet echt voelen
Praten maar niet echt wat zeggen
Ik maar denken ‘hou je kop’
Laat me vanavond eerst slapen
Of ligt het hele probleem gewoon naast me?
Als ik vanavond kan slapen
Kan ik je morgen denk ik wel weer aan
Hoe wil je nu nog door de dagen heen?
De pijn van met mij zijn?
Of pijn alleen?
Hoe wil je nu nog door de dagen heen?
De pijn van met mij zijn?
Of pijn alleen?
Ik laat weleens iets vallen
Maar nooit mezelf
Laat van alles vallen
Maar nooit eens mezelf
Daarom kan ik vanavond niet slapen