Stil de tijd
In deze lange gangen
Waar de verwarde geesten wonen
Zonder enig perspectief
Daar ben ik sinds vier weken
Leef ik sinds ik niet meer weet
Wat en hoe en wie
Daar lig ik in die kamer
Eindeloos te mijmeren
Half te suffen en te slapen
Dan spring ik op
Omdat ik weet
En dan ineens weer
Niet
Stil de tijd
Stil de tijd
Stil stil stil de tijd
In deze lange gangen
Waar de verwarde geesten wonen
Zonder enig perspectief
Daar ben ik sinds vier weken
Sinds ik niet meer weet
Wat me vreemd is
Wat me lief
Daar zit ik in die tuin
Oeverloos te praten
Met de stemmen in mijn kop
Dan sta ik op
Omdat ik weet
En dan ineens weer
Niet
Stil de tijd
Stil de tijd
Stil